Blog voor Floc Rescue

Allereerst, super dat je een hond wil opvangen als de eigenaar door het virus wordt getroffen. Het is momenteel sowieso voor iedereen een heel vreemde tijd en het is voor onze dieren heel moeilijk om deze plotse veranderingen te vatten. We zijn met z’n allen van de ene dag op de andere hele dagen thuis, gaan beperkt buiten enz. Op straat en in onze omgeving is de verandering ook goed te merken: mensen houden afstand of komen minder buiten, er is bijna geen verkeer op straat enz. Onze honden zijn niet dom en merken dat er serieuze dingen en veranderingen aan de gang zijn. 

 

Als allereerste is het belangrijk om de hond die je opvangt geen “label” te proberen geven. Een onderdanige of dominante hond op zich, als karaktereigenschap, dat bestaat niet. Een koppige of eigenwijze hond eigenlijk ook niet… Over dominantie en roedels lees je HIER (https://www.pawsintouch.be/dominantie/)  meer. 

 

Door een hond als levend wezen te bekijken met noden, zal je in de omgang met die hond automatisch meer geduld kunnen opbrengen voor wat die hond doet. Ze doen nl. nooit iets “zomaar”. Deze situatie is voor de hond die je opvangt en ook voor jouw eigen hond(en) niet makkelijk. Maar door de manier waarop je met een hond omgaat kan je wel het verschil maken. Stel jezelf daarom de vraag: hoe zie je jezelf voor jouw hond? Ben jij een baasje, leider of eerder een ouder? En waarom? HIER (https://www.pawsintouch.be/titel/) lees je daar meer over. Trek dezelfde manier van omgang door naar de opvanghond. Een strenge “zit” is vaak niet nodig, een rustige “zit” werkt evengoed als hij het commando kent, kan uitvoeren en voldoende motivatie heeft. 😉

 

Een hond die bij jou in opvang komt is wennen. Het is wennen voor die hond, wennen voor jouw dieren en natuurlijk, ook voor jou. Geef iedereen, inclusief jezelf, ook die tijd om te wennen! Als een hond met z’n eigen baasje naar een andere omgeving verhuist is het zelfs al zo dat die hond maanden kan nodig hebben om zich veilig en op z’n gemak te voelen. Dus, advies nummer 1: be patient. 😉

 

Hoe kan jij stress voor jouw eigen dieren en/of een hond die je opvangt zoveel mogelijk beperken? 

 

  1. Routine en voorspelbaarheid

Probeer zoveel mogelijk routine en voorspelbaarheid te bieden doorheen de dag en bij alles wat er gebeurt. Dat is trouwens voor ons in deze tijden ook een hele nuttige (win-win) 😉

Vraag zeker aan de eigenaar wat de dagroutine voor de hond tot nu toe is geweest en probeer die volgorde zoveel mogelijk aan te houden. In principe is het tijdstip waarop dingen gebeuren niet de prioriteit, niemand zal van je vragen om opeens om 5u op te staan omdat de eigenaar dat altijd deed. Maar wel hoe en in welke volgorde dingen gebeuren. 

Als de ochtendroutine van de eigenaar er als volgt uitzag: 

05.00: opstaan

0515: gaan wandelen met de hond

06:00: hond eten geven (hond moet eerst zitten bv. en krijgt dan z’n brokken in die bepaalde kom)

06.15: eigenaar gaat douchen

06.30: plasje in de tuin

06.45: eigenaar gaat werken

 

Again, niemand zal van je vragen om opeens om 5u op te staan. 😉 Maar wat wel belangrijk is, als het enigszins mogelijk is, is dat je de volgorde probeert te behouden. Dat kan je doen door eerst met de hond te gaan wandelen en hem dan pas z’n eten te geven. Dit is een routine die de hond gewoon is en zorgt ervoor dat hij een houvast heeft bij jou thuis, wat voor hem een heel nieuwe omgeving is. 

 

Dit is ook voor jouw dieren, en zelfs voor jezelf, heel belangrijk. Waarom hebben veel mensen het nu moeilijk? Omdat de routine en voorspelbaarheid wegvalt… Probeer die routine eventueel zelfs uit te schrijven zodat je er makkelijk naar kan teruggrijpen. 

 

  1. Hoe gebeuren de dingen normaal gesproken voor deze hond?

Stel dat de hond die je opvangt het niet gewoon is om in een stadscentrum te wandelen. Stel dat hij normaal gesproken altijd naar een bos ging waar hij kon loslopen, veel kon snuffelen en gek doen. En dan komt hij bij jou. Het is voor de hond heel moeilijk om te begrijpen wat er allemaal gaande is. Als het voor jou mogelijk is  en als je dat ziet zitten, probeer dan ook in een soortgelijke omgeving te gaan wandelen. Dan zal de hond dit makkelijk herkennen en zich meer/sneller op z’n gemak voelen. (He! ik ken dit!) (Let er wel op: neem hiervoor niet de auto, dit mag in de huidige maatregelen niet.)

 

  1. Welke commando’s kent de hond en wanneer werden die gegeven? 

 

Er zijn mensen die een hond standaard om een “zit” of “lig” vragen alvorens ze een koekje of andere snack te geven. Vraag dit na bij de eigenaar en houdt dit aan. Dit zorgt voor herkenningspunten in de dag van de hond. Bij mij moet mijn hond niet gaan zitten voor een beloning, maar ze wordt alleen beloond als ze “iets” heeft gedaan. Dat kan zijn dat ze mooi wacht aan de deur, dat ze komt als we haar roepen, dat ze rustig blijft bij het zien van bepaalde prikkels enz. Dit is iets wat per gezin enorm kan verschillen en door hier rekening mee te houden maak je het de hond ook veel makkelijker om zich aan te passen. 

 

  1. Prikkels?

Heeft deze hond het met iets moeilijk? Is er iets waar de hond schrik van heeft of heftig op reageert? Als de eigenaar je een lijstje kan geven van situaties waar de hond het moeilijk mee heeft of dingen waar hij schrik van heeft, probeer die dingen dan voor die hond zoveel mogelijk te vermijden. Heeft die hond schrik van de stofzuiger? Probeer hem dan even in een aparte kamer te zetten terwijl jij poetst. Daarna kan hij terug in de woonkamer terwijl jij die kamer poetst. Dit wordt ook management genoemd en het komt erop neer dat je moeilijke situaties zoveel mogelijk gaat vermijden. Heeft die hond het moeilijk met voorbijgangers? Plak dan voorlopig even je ramen af. Jij hebt dan geen last van geblaf en de hond krijgt rust. Waarom management zo belangrijk is kan je HIER lezen. (https://www.pawsintouch.be/management/

 

  1. Zijn er medische issues?

Uiteraard is het belangrijk om medicatie of medische behandelingen verder te zetten. Heeft die hond bepaalde allergieën? Heeft hij een blessure waar je rekening mee moet houden? Zijn er medische aandoeningen die je moet opvolgen of bepaalde medicatie die je moet geven? 

 

  1. Veilige plaats !!! 

Elke hond heeft een veilige plaats nodig. Een plaats waar hij zich goed voelt, waar hij veilig is en waar hij niet gestoord wordt. Ik hoor je denken: “ja, maar hij is hier in het hele huis toch veilig?!”. Ja… en nee… Het is “veilig” in onze betekenis van dat woord. Maar niet per se in de perceptie van de hond. Hij heeft een plekje nodig waar hij, als een botje of iets om te knabbelen krijgt, ongestoord kan kauwen. Een plekje waar jouw dieren hem niet kunnen storen, een plekje waar hij zich kan terugtrekken als het even teveel wordt. Als hij dit niet heeft en de spanning loopt op, dan kan hij het gevoel krijgen dat hij van zich af moet bijten of zich moet verdedigen. Door een veilige plaats te creëren en te vermijden dat jouw hond(en) of andere dieren je opvanghondje komen storen, kan je veiligheid zoveel mogelijk garanderen en zal het samenleven hoogstwaarschijnlijk goed verlopen. 

 

  1. veiligheid

Uiteraard ken je de opvanghond niet zo goed als jouw eigen dieren. Je kan die hond nog niet zo goed inschatten en kan soms voor verrassingen komen te staan. Om te vermijden dat een situatie gevaarlijk wordt werk je best zoveel mogelijk met management. Zo kan je de veiligheid garanderen. Heb je al 2 honden in huis en komt er een opvanger even logeren? Zorg dan dat jouw honden en de opvanger apart kunnen eten, slapen, kauwen, spelen enz. Dit voorkomt dat er eventuele incidenten ontstaan. Leuke “hulpmiddelen” hierbij zijn babyhekjes, een ren, een bench (mits groot genoeg, juist aangeleerd en als de hond dit al gewoon is!) enz. 

 

  1. Lichaamstaal

Door subtiele stress bij een hond te herkennen én dan de omstandigheden of situatie aan te passen, kan je ernstige stress vermijden. Subtiele stress kan je herkennen door lichaamstaal. Signalen zoals geeuwen, met de tong naar de neus gaan (tongelen), krabben of aan de pootjes knabben/likken, uitschudden, knipperen, wegkijken of wegdraaien geven aan dat de hond zich niet echt op z’n gemak voelt in die situatie. Stop dan met datgene wat je bezig bent (bv. aaien of knuffelen) of pas de omstandigheden aan (bv. vergroot de afstand met datgene waar de hond zo op reageert). 

 

  1. Huisregels

Jouw huisregels zullen misschien anders zijn dan bij de eigenaar van de hond. Als bij jou de hond wel op de zetel mag, maar bij z’n eigenaar niet, probeer dit dan na te leven. Het zal het voor de hond (en de eigenaar) veel makkelijker maken als de hond nadien terug naar huis gaat. 

 

  1. Lees de gids met 10 tips over hoe je een hond nog kan helpen ontspannen. Die vind je HIER. (link naar: https://www.pawsintouch.be/letsrelax-hond) Veel snuffelen, voldoende kwalitatieve slaap, voldoende, maar ook niet te veel mentale uitdaging zijn absolute toppers. 

 

Hoe kan je de kennismaking met jouw eigen hond zo goed mogelijk laten verlopen? 

 

  1. Maak eerst kennis aan de lijn buiten, maar let erop dat er voldoende afstand is tussen de 2 honden. Ze zien elkaar dus, kunnen door lichaamstaal al wat aan elkaar wennen maar gaan zeker nog niet neus aan neus of snuffelend contact maken. (Er is dus visueel contact maar nog geen lichamelijk contact. Dit om de veiligheid te garanderen én de spanning al te laten afnemen tussen de 2 honden.)
  2. Wandel even een stukje samen. Ze wandelen dan samen maar nog niet naast elkaar. Denk hierbij aan de ene hond die op ong. 2 meter van de andere wandelt. Dit kan voor elkaar zijn waarna je eens wisselt of aan de andere kant van de straat. Bekijk wat er in jouw omgeving of omstandigheden mogelijk is maar zorg ervoor dat ze nog geen fysiek contact maken. 
  3. Daarna kan je hen langzaam laten kennismaken op een open stukje. Een normale vriendelijke begroeting tussen 2 sociaalvaardige honden verloopt rustig, relatief traag en nooit in 1 rechte lijn op elkaar af. Er worden heel veel signalen uitgewisseld zoals snuffelen, kop wegdraaien, pootje heffen enz.
    Na het wandelen laat je hen dus op een open plekje even doen. Ze zullen hoogstwaarschijnlijk wel even contact maken en elkaar benaderen. 
  4. Snuffelwerk
    En bij een kennismaking tussen honden hoort uiteraard het betere snuffelwerk… Die derrière eens uitgebreid onderzoeken om zo naar voren te komen en eventueel aan de snuit wat likjes te geven. 

 

Het kan zijn dat ze na een snuffel beurt beginnen te spelen. Hou hier goed in de gaten dat er voldoende pauzes zijn, geen hoge spanning of snelheid wordt opgebouwd enz. Het verschil tussen spel en spanning lees je HIER. (link naar: https://www.pawsintouch.be/spel-bij-honden/)


Waarom zo langzaam?
Sommige honden geven het niet altijd even duidelijk aan als ze zich niet op hun gemak voelen en kunnen, door de stress of omstandigheden, sneller over hun grenzen heen zitten. Als die hond dan opeens neus aan neus staat met een onbekende hond kan dit wel eens fout lopen. Je kent die andere hond ook niet, je weet niet hoe hij/zij zal reageren en het beter wat te voorzichtig te zijn dan andersom. Daarnaast is het belangrijk dat ze direct op goede voet kunnen starten om onderlinge spanningen zoveel mogelijk te vermijden. Ze zullen immers gaan samenwonen. Wij trekken ook niet snel bij een onbekende in zonder eerst kennis te maken. 😉 

 

Op deze manier krijgen de honden alle vrijheid om op z’n honds, maar met de nodige voorzorgen qua veiligheid met elkaar kennis te maken. (Better safe then sorry, right?) M.a.w., er komt pas effectief fysiek contact nadat ze uitgebreid qua lichaamstaal aan elkaar hebben kunnen aangeven dat ze het allebei goed bedoelen. 

Het “bekvechten” of “laten uitvechten” past niet in een moderne wetenschappelijke aanpak. Uiteraard zijn er andere werkwijzen waarbij de honden het “uitvechten” of waarbij flooding als techniek wordt toegepast. Dit past echter niet in mijn visie van hoe ik naar dierenwelzijn kijk en kan voor serieuze verwondingen of trauma’s zorgen. 

 

Het is super dat jij een hond op deze manier wil helpen en je redt deze hond hoogstwaarschijnlijk van een verblijf in een asiel. Onderschat zeker niet wat jouw aandeel is in het geluk en het welzijn van deze hond. En uiteraard mag je behoorlijk trots zijn op jezelf dat je je medemens en zijn hond op deze manier helpt in deze moeilijke periode. *applausje voor jou* 

 

Veel succes en, vooral, geniet van je nieuwe (tijdelijke) huisgenoot! 🙂